De kleine nederzetting aan de Colesbukta werd in het verre verleden opgericht als walvisstation. De eerste mijnbouwactiviteiten vonden hier in de 19e eeuw plaats. Pas na de Tweede Wereldoorlog kreeg Colesbukta enige betekenis, vanwege de relatief beschutte ligging van de baai. Steenkool afkomstig uit de Sovjet mijn bij Grumantbyen werd vanuit Colesbukta verscheept. Voor het transport was langs de kustlijn een bijna 6 kilometer lang smalspoor vanaf Grumantbyen naar de pier van Colesbukta aangelegd. Hier in de beschutte baai konden schepen met een redelijke diepgang geladen worden.
In 1912 werd de eerste claim op de in dit gebied voorkomende steenkool voorraden gelegd door het Noorse bedrijf A/S Stavanger Spitsbergen, hetzelfde bedrijf, dat ook eigendom was geworden van het gebied rond Barentsburg.
|
Colesbukta
|
Enkele jaren geleden, leek er sprake van een hernieuwde Russische belangstelling voor de steenkool in Colesbukta. Niet alleen was een verhoogde politieke activiteit jegens de Noorse regering waarneembaar, ook werden er nieuwe exploratieboringen uitgevoerd: de houten schuur bij de vervallen energiecentrale ligt bijna tot aan de nok toe gevuld met boorkernen. Onduidelijk is, of al dit materiaal reeds is onderzocht, of dat het hier is opgeslagen in afwachting van nader onderzoek. Het lijkt er echter meer op, dat de kisten met het rotsmateriaal hier zijn gedumpt.
Het kan ook zijn, dat de staven hier al langere tijd liggen. Colesbukta werd namelijk tot ongeveer 1988 door de Russen gebruikt als uitvalsbasis voor geologisch onderzoek naar nieuwe, winbare kolenvoorraden. |
Honderden boorkernen liggen opgeslagen in een schuur bij de elektriciteitscentrale van Colesbukta.
|
|
Gemakkelijk zoeken op Noarderljocht.....
|